Dat de verandering snel gaat hoeven we je niet meer te vertellen. En dat het verandervermogen van organisaties en mensen het maar mondjesmaat kan bijbenen is ook wel duidelijk ondertussen.
De zoektocht in veel organisaties is dan ook waar de komende 5 tot 10 jaar in geinvesteerd zou moeten worden? Waar moet de aandacht op worden gericht en waar gaan de budgetten aan op?
Veel tijd een aandacht gaat logischerwijs naar de vernieuwing zelf. Vernieuwing draagt immers de belofte in zich van voorsprong of verbetering van de concurrentiepositie. Door bijvoorbeeld sneller nieuwe producten te kunnen ontwikkelen, de klant sneller te kunnen bedienen of het proces kosten-efficiënter te maken. Meestal zijn dit investeringen in procesoptimalisatie en technologie.
Een ander investeringsgebied is het verandervermogen van mensen en organisaties. Investeren in wendbaarheid. Flexibiliteit. Improviserend en experimenterend vermogen. Veerkracht. Versnelling. We kennen allemaal de aansporing het ‘juiste’ pad op. En dat blijkt vaak een stuk weerbarstiger omdat er naast ‘verandering’ en ‘verandervermogen’ nog een gebied is dat minder vaak de aandacht krijgt, namelijk ….
… het onveranderlijke.
Het menselijk brein heeft een ontwikkeling doorgemaakt waar we elke dag plezier maar ook last van hebben. Zo houden we helemaal niet zo van verandering. We houden het liever bij het bekende. We houden ook niet van onbekendheid en onvoorspelbaarheid. Dat kon ‘de groep’ immers in gevaar brengen en levens kosten. We vermijden pijn en baseren ons basishandelen op angst. Allemaal ingebakken en onderliggende patronen in ieders brein die ervoor zorgen dan we het gedrag dat nodig is om het verandervermogen te vergroten maar moeizaam voor elkaar krijgen.
En precies dát is dus waar de investering naar toe zou moeten. Niet naar de versnelling zelf, maar naar de onderliggende reden van de hakken in het zand. Niet zozeer het leren omgaan met het onbekende, maar vaststellen waarom ‘weten waar je aan toe bent’ en ‘voorspelbaarheid’ ons zo lief is. En als we liever geen fouten maken uit angst voor afwijzing, hoe kunnen we die angst dan allereerst erkennen, de afwijzing plaatsen, en van daaruit transformeren. Oftewel wat is de rootcause van dat onveranderlijke.
Investeer dus in meer begrip van oudere, vaak ingesleten maar goed verklaarbare ‘onveranderlijke’ gewoontes. Niet alleen vanuit een blinkende fancy toekomst kijken naar de beperkingen van het heden, maar een opening creëren vanuit meer begrip van het verleden en de ontwikkeling van ‘dat wat ons in de wegzit’ naar een gewenste toekomst.
Het zou zomaar eens ons verandervermogen kunnen vergroten.