Voor veel mensen is de zomer een periode waar ze het hele jaar naar uitkijken, omdat ze dan weer een paar weken op vakantie mogen. Hè lekker, hoeven we even niet te werken. Vaak zijn de eerste drie dagen van de vakantie ook echt nodig om bij te komen, van het werk. Hoe komt dat toch?
Hoewel we niet voor iedereen antwoord kunnen geven, denken we dat voor veel mensen geldt dat ze niet doen waar ze echt gelukkig van worden. Ze hebben een baan die misschien wel goed verdient of status oplevert. Of ze denken dat ze niet de goede opleiding hebben voor hun echte droombaan. Of het ergste: ze denken dat ze te oud zijn.
Maar het is nooit te laat om te bloeien. Vanaf het moment dat we naar school gaan, worden we gedwongen om alle stapjes in een vooraf bepaald ritme te zetten: na de basisschool kies je een schoolnivo, dan een profielkeuze met daarin je eindexamenvakken, de vervolgstudie, de eerste baan en het bijbehorende functieprofiel… Maar dit ritme is lang niet voor iedereen geschikt. Het zorgt ervoor dat je nauwelijks tijd krijgt om elke keer opnieuw jezelf af te vragen: waar word ik écht blij van?
Dus doe het deze zomer anders: word een laatbloeier. Ook als je nog jong bent. Laat deze zomer bloeien waar je echt plezier in hebt. Ga na hoe je dat in je werk kunt integreren. Het mag best iets heel kleins zijn, maar zorg dat je ook op je werk elke dag met plezier doet wat je doet. En lukt het niet in je werk? Doe het dan in ieder geval in je vrije tijd, of zoek naar een baan waar je wel van gaat bloeien. Zorg dat je open staat voor wat er op je pad komt, zodat je vol overtuiging ‘ja’ kunt zeggen tegen de juiste dingen!
De vakantieperiode is weer aangebroken en dus zijn velen van ons bezig met de vraag “Wat neem ik mee”. Wij stellen onszelf die vraag echter continu, niet alleen bij het inpakken voor een vakantie.
Sinds enige tijd hebben wij een nieuwe workshop, die we nu een aantal keer hebben gedaan. En de eerste keer verschilde enorm van de laatste keer. Niet één workshop was precies hetzelfde. Waarom? Omdat we samen elke keer zo scherp mogelijk evalueren, gelijk na iedere workshop, en kijken naar wat we mee kunnen/moeten nemen. Continue evaluatie, niet om een plan aan te passen – want we hebben geen plan – maar om een zo goed mogelijke nieuwe stap 1 te zetten.
Na stap 1 komt immers een nieuwe stap 1. Met de bedoeling scherp voor ogen is het vooral kijken wat je meeneemt van je huidige stap 1. Daarom evalueren wij gelijk na elke workshop en zien we dit als een continu proces. De volgende workshop – de volgende stap 1 – is daarom nét even anders. Als we weken zouden wachten met de evaluatie (of nog langer zoals zo vaak gebeurt met projecten en plannen) dan zijn we het gevoel en de details allang kwijt. Juist die details maken het mogelijk om de kleine aanpassingen te doen die vaak het verschil blijken te zijn.
Ook met de mensen voor wie we de workshop geven evalueren we snel. Die feedback is voor ons erg waardevol, omdat we daarmee kunnen toetsen of dat wat we kwijt willen ook goed aankomt bij onze toehoorders. Zouden we met deze evaluaties te lang wachten, dan ontnemen we onszelf de kans om de oprechte – want spontane – mening van de mensen voor wie het doen te horen.
Elke keer vragen we onszelf dus vooral af: wat nemen we mee, wat laten we achter en wat voegen we toe? Daardoor is onze volgende workshop iedere keer nét even anders dan de vorige.